Update : Een nieuwe studie bevestigt onze vrees. Het ecosysteem kan zeer snel instorten..
20% van onze atmosfeer is zuurstof. De oorsprong van deze zuurstof is fotosynthese. De levende organismen hebben in de loop van de millenia van de CO2 moleculen in de atmosfeer de C (koolstof) gecombineert met H (waterstof) vanuit H2O (water), en zo aan de ene kant zn. koolwaterstoffen gemaakt (CH verbindingen, methaan, olien) en aan de andere kant O2 (zuurstof).
De recente temperatuurstijging oiv de oplopende CO2 concentratie (het klimaat probleem) laat zien dat wanneer de uitstoot vanwege het verbranden van de bovengenoemde koolwaterstoffen niet zou plaatsvinden, de hoeveelheid CO2 door planten en dieren op het land en in de oceanen min of meer constant zou blijven (afgezien van seizoens fluctuaties). Er komt niet veel CO2 bij en er gaat dus ook niet veel O2 af. Het is een dynamisch evenwicht waarbij net zoveel O2 wordt geproduceerd als wordt geabsorbeerd. CO2 en O2 zijn zo met elkaar verbonden. O2 wordt zelfs gebruikt om de CO2 opname van ‘carbon sinks’ te schatten.
Zuurstof en de oceanen
De grootste producent van O2 in dit dynamische evenwicht zijn de oceanen. Zij nemen 50% van de productie voor hun rekening. Maar de stijgende temperatuur verminderd de hoeveelheid O2 die opgelost kan blijven in het zeewater. Hierdoor groeien de zn. ‘Oxygen deprived’ zones die normaal gesproken diep onderwater liggen. Deze verspreiden zich naar de kust gebieden en zorgen dat het leven in de oceanen voor sommige dieren onmogelijk wordt.
Tijdens zogenaamde ‘hypoxic events’ sterven alle organismen, zeesterren, vissen, schelpen etc. Dit is een mondiaal probleem. Lothar Stramma, een oceanographer at the Christian Albrechts University of Kiel rapporteert in een studie dat de hypoxy zich in horizontale en vertikale richting over de hele wereld, en dat de hoeveelheid zuurstof aan het oppervlakte is afgenomen langs de meeste continenten. Het gebied waarin grote oceaandieren door zuurstofgebrek niet langer kunnen leven is met 5.2 miljoen vierkante kilometer toegenomen sinds de zestiger jaren.
De Uitsterving tussen het Permische en Triassische tijdperk
Er zijn verontrustende parallelen met de situatie tijdens de zn. ‘Great Dying’ of grote sterfte. Toen verdween 96% van alle zeeorganismen en 70% van alle gewervelde dieren op land. Ook insecten verdwenen nagenoeg (83% van alle genera). Dit was zo’n ramp voor het leven op aarde dat het de ‘Moeder van alle massasterften’ wordt genoemd. Lothar Stramma merkt op dat deze samenging met hypoxia en anoxia in de oceanen, en een hoge CO2 concentratie in de atmosfeer. Afzettingen van pyriet verraden dat ook de hoeveelheid zuurstof in de atmosfeer was afgenomen. Er was er ook sprake van een zeespiegel stijging en toenemende droogte.
De oorzaak van deze massa sterfte wordt gezien in de uitbarsting van siberische vulkanen, de zn. Siberische Trappen.. Deze massale uitbarsting bedekte uiteindelijk 7 miljoen vierkante kilometer landmassa met basalt. De lava die in zee stroomde ontdooide het daarin aanwezige gehydrateerde methaan, en dit leide tot zo’n enorme toename van atmosferisch methaan, dat de temperatuur 6 graden omhoog schoot.
Onderweg naar de dood
Hetzelfde scenario lijkt nu ook op gang te komen, deze keer door menselijk gebruik van fossiele brandstoffen. Dit heeft echter net zo goed het smelten van gehydrateerd methaan in de oceanen tot gevolg als de uitbasting van de Siberische Trappen 250 miljoen jaar geleden. De smeltende permafrost laat ook methaan vrijkomen in een zichzelf versterkend proces. Als niet abrupt wordt gezorgd voor een reabsoptie of reductie van boeikasgassen, wat zou het ontspinnen van dezelfde gebeurtenissen tegenhouden?